Overzicht betrokken personen en instanties


Deze pagina wordt opgedeeld in meerdere kopteksten om zo het overzicht te houden. De volgorde is in lijn met hoe je vaak als ouders in deze volgorde te maken krijgt met deze personen of instanties.

Inhoudsopgave:

Onderwijs

Basisschool

Op de basisschool is de leerkracht (of leerkracht) altijd je eerste contactpersoon geweest. Hij of zij is de persoon die jouw kind het beste kent. Zolang je kind nog naar school gaat, is de leerkracht de belangrijkste persoon voor aanpassingen, passend(er) onderwijs, het bieden van een luisterend oor, etc.

Ondanks alle inspanningen van de leerkracht wordt de situatie toch niet beter, er is meer nodig. Op dat moment wordt een intern begeleider, teamleider of directeur (afhankelijk van de grootte van de school en het team) betrokken. Er wordt gesproken over wat er aanvullend eventueel mogelijk is. Misschien kan de intern begeleider af en toe een uurtje met een kind individueel of in een kleine groep iets doen. Of soms zijn er plusklassen (vreselijke term) in een school. Soms zijn er ook extra groepen voor ‘praktisch’ gerichte kinderen, voor neurodivergente kinderen werkt dat vaak ook goed.

Kan de school nog steeds niet voldoende passend onderwijs bieden, dan schakelt de directeur vaak met de scholenstichting voor bovenschoolse ondersteuning.

Scholenstichting / Schoolbestuur

Als het niet lukt om kindgericht te werken, of passend onderwijs te bieden en je kind komt thuis te zitten of er is nog sprake van een dreigende thuiszitter, dan kan de school vaak contact opnemen met een bovenschoolse commissie, of aanspraak maken op bovenschoolse ondersteuning. Dit is extra ondersteuning georganiseerd door de overkoepelende scholenstichting/schoolbestuur.

Iedere scholenstichting heeft dit anders, of soms helemaal niet, ingericht. Of ze hebben wel iets, maar dan is er alleen extra ondersteuning (in de vorm van een advies of cursus) mogelijk voor de leerkracht.

Het contact met de leerkracht gaat in deze fase vaak verloren, zeker als het kind thuis zit. In de overleggen die hierna georganiseerd worden zit dus niemand meer die het kind nog kent, behalve jullie als ouders.

Een bovenschoolse coördinator organiseert vaak een multidisciplinair overleg.

De scholenstichting kan ook een schoolarts, orthopedagoog of een ondersteuningscommissie inschakelen voor een spelobservatie of observatie in de klas. Om zo te kijken wat er mogelijk aan de hand kan zijn. Als dat niet het geval is, dan kun je eventueel zelf als ouders contact opnemen met je huisarts, of bijvoorbeeld instanties als Integrale Vroeghulp

Leerplichtambtenaar

Je kind gaat op dit moment helemaal niet meer naar school, of al vaker niet. Je kind kan simpelweg niet meer functioneren in de klas of op de basisschool ondanks alle tijd en energie die er reeds ingestoken is. De gezondsheidsklachten, spanningen, stress nemen toe. Er ontstaan ook nog gedragsproblemen, het gaat gewoon niet meer.

Het kan misschien zijn dat de basisschool heeft aangegeven dat ze de leerplichtambtenaar gaan inschakelen, maar je kunt als ouders zelf ook contact opnemen met je gemeente en de situatie uitleggen aan de leerplichtambtenaar. Steeds vaker heet dit ook een regionaal doorstroompunt.

Per gemeente verschilt de rol van de leerplichtambtenaar sterk. De eerste reactie zal vaak zijn dat je kind naar school moet om aan de leerplichtwet te voldoen, aan de andere kant staat de gezondheid van je kind altijd voorop. Je kunt je kind ziekmelden en aangeven dat je bezig bent met verwijzingen, wachtlijsten, onderzoeken etc. Niemand wil natuurlijk zijn kind thuis hebben zitten, maar als je ziek bent, ben je ziek. De leerplichtambtenaar kan jou ook adviseren om contact op te nemen met het sociaal wijkteam van je gemeente, voor het aanvragen van jeugdhulp. In eerste instantie dan vaak voor onderzoek en advies.

Is er al een behandelende arts en is er geen perspectief op (passend) onderwijs in welke vorm dan ook, dan kun je ook vrijstelling aanvragen op basis van leerplichtwet artikel 5 onder a. Een vrijstelling kan druk wegnemen en extra rust creëren, waardoor herstel mogelijk is. Bespreek dit met je behandelende arts.

Samenwerkingsverband

Het samenwerkingsverband is een organisatie waarin alle schoolbesturen uit jouw regio samenwerken om tot een dekkend onderwijsaanbod te komen. Dit verschilt sterk per regio.

In de ene regio heeft het samenwerkingsverband echt een organisatie, personeel en nemen ze de regie op zich om actief kennis te delen in de regio en het aanbod op elkaar af te stemmen. Voor kinderen die vastlopen zijn er vaak ook arrangementen of plekken waar zorg en onderwijs gecombineerd kunnen worden.

In andere regio’s kiezen de schoolbesturen er voor om de taken en de organisatie van het SWV zo klein mogelijk te houden.

Het samenwerkingsverband ziet sowieso toe op de toelaatbaarheid van een leerling naar het speciaal (basis)onderwijs. Ze horen zich hierbij ook door 2 onafhankelijke deskundigen te laten adviseren.

Onderwijsconsulenten

Wordt je niet verder geholpen of ondersteund door het samenwerkingsverband, dan kun je onderwijsconsulenten inschakelen. De onderwijsconsulent is onafhankelijk en kan samen met ouders en het samenwerkingsverband zoeken naar de mogelijkheden (eventueel extra ondersteuning) binnen het onderwijs. Vaak wordt hierbij dan ook gekeken naar andere scholen in de regio.

Jeugdhulp

Sociaal wijkteam / buurteam / gebiedteam

Mocht het sociaal wijkteam (de benaming verschilt per gemeente) nog niet in beeld zijn, dan zal dat snel genoeg gebeuren. Een kind dat ziek thuis zit, dat kan toch eigenlijk niet. Sociale Wijkteams zijn verantwoordelijk voor jeugdhulp en een dekkend zorgaanbod in de regio. Soms is de eerste reactie van een sociaal wijkteam het voorstellen van een gecontracteerde aanbieder. Ga hier niet op in zolang nog niet duidelijk is wat er precies aan de hand is. De eerste stap is een goed onderzoek naar de oorzaken. Je bent niet gebonden aan de gecontracteerde aanbieders van de gemeente, je mag ook zelf op zoek naar een psycholoog, gedragswetenschapper of een andere (ggz) instelling waar je een goed gevoel bij hebt. Als de gemeente geen contact heeft met de instantie van jouw keuze, dan kunnen ze dat vaak wel via een maatwerktraject of PGB mogelijk maken. Dit verschilt ook weer sterk per gemeente in hoeverre ze hier (makkelijk) aan meewerken.

Is er nog niet heel veel bekend, maar is wel duidelijk dat school op de korte termijn (binnen 3 maanden) niet haalbaar is, dan kun je bij het sociaal wijkteam vragen naar een dagbesteding. Zie daarvoor Thuiszittersinitiatieven. Niet ieder initiatief zal passend zijn voor je kind of de huidige situatie, vraag ook na in bijvoorbeeld diverse facebookgroepen of er oplossingen of initiatieven zijn in jouw regio.

Juridische hulp

Misschien gek om het nu te hebben over juridische hulp, maar dit heb je in de toekomst wellicht nodig, zorg dat je een goede rechtsbijstandverzekering hebt.

Binnen het onderwijs kun je weinig qua bezwaar en beroep. Je zou een klacht kunnen indienen bij de school, eventueel naar de geschillencommissie passend onderwijs kunnen stappen of een melding doen bij onderwijsinspectie over de school of vragen stellen bij onderwijsinspectie over het samenwerkingsverband. Al met al zal het klagen en melden geen oplossing bieden op de korte termijn. In het beste geval valt een advies een keer gunstig uit of haalt het samenwerkingsverband of de school een onvoldoende bij onderwijsinspectie. Voor jouw kind zal er niet direct iets veranderen.

Je kunt je tijd dan beter steken in het aanvragen van jeugdhulp. Als dat afgewezen wordt, dan kun je in bezwaar en beroep. Voor het bezwaar en eventueel het beroep kun je aanspraak maken op je rechtsbijstandverzekering.

Let wel goed op de modules die je hebt afgesloten, jeugdhulp valt vaak gek genoeg onder werk of inkomen of uitkeringen en bijvoorbeeld niet onder de module familie of gezin. Let er ook op of je een eigen advocaat of jurist mag kiezen.

Aanvragen jeugdhulp

Je dient bij het sociaal wijkteam je hulpvraag neer te leggen, welke zij dan dienen te onderzoeken. De gemeente heeft 8 weken de tijd om dit te onderzoeken en een besluit (beschikking) te nemen. Meer informatie over de taken gemeenten jeugdhulp en doelen jeugdwet zijn te vinden op de website van de rijksoverheid.

Clientondersteuning of behandelend arts

Per gemeente zijn de verschillen ook groot. De ene gemeente pakt je aanvraag pro-actief op, denkt mee, werkt mee en zoekt naar de best passende oplossing, ook voor de lange termijn.

Bij andere gemeenten wordt je tegengewerkt of krijg je zelfs telefonisch de mededeling dat ze niets kunnen. Vraag altijd naar de beschikking, zij moeten zorgvuldig onderzoek doen en hun besluit (want College B&W moet formeel een besluit nemen) goed onderbouwen op basis van de jeugdwet i.c.m. de gemeentelijke verordening.

Bereid je in ieder geval goed voor. Je kunt altijd gebruik maken van onafhankelijke cliëntondersteuning, dit staat ook altijd op de website van je gemeente. Met de onafhankelijke cliëntondersteuning kun je je aanvraag voorbereiden.

Wat ook kan is dat je de behandelende arts (als je die hebt) of eventueel een schoolarts of GGD-arts betrekt in je situatie. Hij of zij mag verwijzen naar zorginstellingen of jeugdhulp. De gemeente heeft een zorgplicht en mogen een advies van een arts niet eenvoudig naast zich neerleggen.

Wil je PGB aanvragen, dan kan Per Saldo je goed ondersteunen daarbij.

Familiegroepsplannen of Integrale gezinsplannen

De regie hoort eigenlijk altijd bij het gezin te liggen. Wordt de situatie complex, ga dan voor een integraal gezinsplan. Soms zijn er inmiddels wel meer dan 10 professionals betrokken (zoals hierboven allemaal genoemd) en is er geen overzicht meer, geen duidelijke doelen, men weet niet meer waarom er eigenlijk nog vergaderd wordt, geen agenda, geen verslaglegging meer.

Het is dan belangrijk om zelf de regie terug te pakken. Het NJI heeft daar veel informatie over, zoals bijvoorbeeld over het versterken van jeugd en ouders of wie heeft de regie in het proces van beslissen over hulp, of het artikel over integrale gezinshulp.